Als gitariste met brede belangstelling ga ja natuurlijk wel eens naar een concert. In de kleine zaal van het Concertgebouw bijvoorbeeld als vriend Maarten er zingt. Op het programma stonden louter werken van Robert Schumann. Het is tweehonderd jaar geleden dat hij geboren werd en dergelijke lustra doen het altijd goed als aanleiding voor de programmering.
Maarten zong Dichterliebe. Een wonderschone cyclus die normaliter op piano wordt begeleid maar die voor deze gelegenheid door Wim ten Have was bewerkt voor strijkkwartet, bestaande uit leden van het Concertgebouworkest. Heel erg prachtig. Heel erg mooi.
Maar behalve Dichterliebe stond er nog meer op het programma: Sechs Stücke in kanonischer Form en het Pianokwintet in E, een van de mooiste stukken uit het kamermuziekrepertoire dat iedereen minimaal een keer in zijn leven gehoord moet hebben. De pianopartij werd gespeeld door Danièle Dechenne.
Ze leek mij een heerlijke vrouw. Een die zich totaal niet uit het veld liet slaan door een piepend pedaal. Die met gemak meedraait op het hoogste niveau, precies doet waar ze zin in heeft en er nog buitengewoon charmant uitziet bovendien. Ze speelde met een ouderwetse vanzelfsprekendheid en vakmanschap, volkomen dienstbaar aan de muziek. Voor een gitariste met brede belangstelling een heus ‘role model’.
Bij het borreltje na afloop dat de vrienden hadden georganiseerd bleek ik getuige geweest te zijn van haar laatste concert. De volgende ochtend zou ze naar Frankrijk verhuizen. Ze vond het mooi geweest. Vanaf zondagmiddag is ze met pensioen. Danièle Dechenne is 75 jaar!
Geef een reactie