
Het begint met een kras op de gevel en gaat van kwaad tot erger. Christie Malry houdt een grootboek bij waarin hij zijn persoonlijke rekening met de maatschappij vereffent.
Aan de debetkant noteert hij het onrecht dat hem is aangedaan – een onheuse bejegening van zijn directeur is de eerste van een lange lijst – aan de creditkant de schade die hij toebrengt met vergeldingsmaatregelen. Die zijn niet mis. Aan het opmaken van zijn tegoed komt hij dan ook niet toe.
Ik heb het over De dubbele boekhouding van Christie Malry, een boek van B.S. Johnson.
Geef een antwoord