
We gingen naar Michael kijken en de kleine vriend ging mee. Zijn moeder had hem een muts op gezet want een jongen die naar jazz luistert, moet een muts op.
Hij vond het eerste nummer op ruziƫnde eekhoorntjes lijken. Kneep giechelend zijn neus dicht toen de trombonist zijn demper pakte en trok zijn muts over zijn hoofd toen het volume hem pijn aan zijn oren deed. Op een gegeven moment had hij er genoeg van.
Hij mocht in het trappenhuis spelen waarna we hem een tijdje kwijt waren. Toen we ons begonnen af te vragen waar of hij gebleven was sprong hij uit het niets het podium op en gaf hij de bassist een hand. Daarna nam hij samen met de muzikanten het applaus in ontvangst en verdween met hen de kleedkamer in. Op weg naar huis floot hij ruziƫnde eekhoorntjes.